Werken met Bouw! op Basisschool De Bouwsteen

'Bouw! werkt het best met een planmatige en professionele aanpak'

Scholen die Bouw! in hun gereedschapskist hebben, helpen leerlingen die moeite hebben met het leren lezen. Maar voor een echt goed gebruik van dat gereedschap is een planmatige en professionele aanpak nodig. Niet in de laatste plaats omdat deze preventieve interventie ruim vijfhonderd lessen omvat. Het voltooien van de lessen vergt zo’n vijfenveertig tot vijftig uur oefentijd. Dat is best veel, vooral omdat niet alleen de leerling die tijd investeert, ook de tutor doet dat.

Naam: Arno Havermans

Functie: Bouw! tutor en medecoördinator

School: Basisschool De Bouwsteen, ‘s Gravendeel

 

Arno Havermans is als Bouw! tutor actief op basisschool De Bouwsteen in ’s Gravendeel. Hij vertelt hoe ze er op deze school, van 355 leerlingen, een succes van maken.

Werken met Bouw! op Basisschool De Bouwsteen

‘In onze beginfase van Bouw!, in schooljaar 2017-2018, merkten we dat we meer moesten doen dan “er maar gewoon mee beginnen en zien waar je uitkomt”. Om van deze preventieve interventie een succes van te maken zijn planning, organisatie en monitoring vereist. Ook het opleiden en begeleiden van tutoren is belangrijk. Wij werken met ouders en vrijwilligers die vaak langer dan twee jaar actief zijn.

 

Beginnen in groep 2

‘De Bouwsteen heeft als uitgangspunt dat de geselecteerde leerlingen ongeveer in het midden van groep 2 beginnen en dat ze in maximaal twee jaar de twaalf delen van Bouw! volledig doorlopen. Een rekensom leerde dat elke leerling per maand gemiddeld vijfentwintig lessen moet lezen. In dat tempo kost de volledige doorloop van Bouw! eenentwintig maanden. Dat is dus van midden groep 2 tot de kerstvakantie in groep 4. Gemiddeld werken we met tien leerlingen per cohort. Doorgaans zijn we met twee cohorten tegelijk bezig, het aantal leerlingen dat in Bouw! actief is, is grofweg het dubbele.

Het preventieve werk in groep 2 is de belangrijkste periode. In de loop van groep 3, en zeker in groep 4, komt het accent meer op remediëring te liggen, zeker bij leerlingen die moeite hebben het tempo van de klas bij te houden.’

 

Thuis ook oefenen 

‘In de opzet van Bouw! hebben de ouders ook een rol. We hebben daar wisselende ervaringen mee. Het valt niet altijd mee om ouders mee te krijgen in het oefenen met Bouw!. Vaak lijkt het er thuis niet van te komen. Voor de planning van de Bouw!-sessies op school houden we daarom geen rekening met het thuis oefenen in Bouw!.

Hoe meer leerlingen thuis met de ouders oefenen, hoe eerder ze Bouw! afronden. Dat kan betekenen dat een leerling in precies een jaar tijd alle 523 lessen van Bouw! heeft gedaan. Het kan ook betekenen dat een leerling bijna twee keer zo veel tijd nodig heeft. De oefening in Bouw! is uiteindelijk hetzelfde maar de periode waarover die oefening zich uitspreidt kan sterk verschillen.’

 

Voortgang beoordelen

‘Tien keer per jaar beoordelen we de voortgang. We kijken naar het aantal sessies en het aantal lessen dat een leerling in de afgelopen maand heeft gelezen en de verdeling van dat aantal over school en thuis. Vooral kijken we naar het gemiddelde tempo, gemeten in lessen per maand, en het gemiddeld aantal lessen dat een leerling per sessie leest. Deze gemiddelde cijfers berekenen over de hele periode dat de leerling al in Bouw! bezig is.

Bij leerlingen die achterlopen kijken we of er redenen zijn waarom ze het tempo niet bijhouden. Vaak zijn dit leerlingen die kleuterbouwverlenging krijgen. Ook zijn er leerlingen met wie het gewoon moeilijk is om snellere voortgang te halen. Soms echter zien we dat leerlingen achterblijven zonder dat daar een echt goede reden voor lijkt te zijn. We proberen dan via de tutoren en de ouders tot een iets hoger oefentempo te komen. Bijvoorbeeld door extra sessies te realiseren of door te proberen elke sessie een extra les te lezen.

We geloven dat de intensiteit van het oefenen een positieve invloed heeft op het effect heeft op het effect van de interventie. Daarom pakt basisschool De Bouwsteen het Bouw! tutorlezen planmatig aan. Daarbij houden we de leerling in de gaten en passen het oefenprogramma waar nodig aan. Dat is nodig want geen twee leerlingen zijn hetzelfde.’

 

De planning is als volgt

Omdat we de preventie in groep 2 zo belangrijk vinden en omdat er in groep 2 ruimte in het rooster is (de kinderen krijgen nog geen klassikale instructie), plannen we in deze periode per leerling drie tutorsessies per week.

Per tutorsessie plannen we drie lessen van in totaal 20 minuten. Zo proberen we in de buurt van les 200 te zijn als de leerling naar groep 3* gaat. Een mooie basis is dan gelegd.

 

Vanaf begin groep 3 plannen we per week op school per leerling twee sessies met een tutor. Per sessie plannen we weer drie lessen in. Over een schooljaar gerekend, levert dat ongeveer 210 lessen op. De tijd van 20 minuten houden we aan.

In groep 3 lukt dat meestal heel aardig omdat snelheid en souplesse bij de leerlingen toenemen. Op deze manier proberen we aan het einde van groep 3 tussen les 400 en 450 uit te komen.

In de eerste maanden van groep 4 ronden we Bouw! in dezelfde frequentie af. Dus ook hier plannen we per week twee sessies van drie lessen in.

 

* Bij leerlingen die langer in de kleuterbouw blijven, verlagen we uiteraard het tempo drastisch. In de rest van het eerste jaar in groep 2 lezen we één sessie per week, in het tweede jaar in groep 2 lezen we twee sessies per week.